Jaarcongres op locatie
10e Jaarcongres Gezondheidsrecht

Deelsessie 6. Bijna 5 jaar cliëntmedezeggenschap onder de Wmcz 2018: lessons learned

Spreker
mr. Erik Luijendijk, Advocaat Gezondheidsrecht / Ondernemingsrecht, Coördinator Sectorteam Zorg, toezichthouder - Holla legal & tax
Tijden
-

Op 1 juli 2020 is de 'Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen 2018' (Wmcz 2018) in werking getreden. De Wmcz 2018 heeft de ‘oude’ Wmcz vervangen, met de bedoeling om de positie van cliëntenraden te verstevigen.
Praktijk en rechtspraak wijzen uit dat instellingen en cliënten(raden) zeker niet altijd op één lijn zitten als het gaat om de manier waarop invulling wordt gegeven aan “cliëntmedezeggenschap”. Geschillen die daarover ontstaan kunnen onder de Wmcz 2018 worden voorgelegd aan een commissie van vertrouwenslieden (zoals de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden, de LCvV) en, in beroep, aan de Ondernemingskamer (OK). De uitspraken van de LCvV en OK tot nu toe zijn divers en gaan over bijvoorbeeld de advies- en instemmingsrechten van een (lokale of centrale) cliëntenraad, wijziging van een medezeggenschapsregeling, vergoeding van kosten van een externe adviseur, het (verplicht) instellen van een lokale cliëntenraad of een verzoek tot ontbinding van een cliëntenraad.

Het tiende Jaarcongres Gezondheidsrecht biedt een mooie gelegenheid om na 4,5 jaar Wmcz 2018 een tussenbalans op te maken. Welke uitspraken zijn gewezen? Welke lessen kunnen we trekken? Aan bod komt:

  • Hoofdlijnen van de Wmcz 2018
  • Uitspraken van de LCvV en de OK
  • Verhouding tot andere sectorale regelgeving, zoals de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) en Governancecode Zorg